09/2003
Freya Van den Bossche:
de nieuwe Keizer Karel?
Vernieuwing is een woord dat sinds dertig jaar als een magisch gegeven
door het onderwijs dwaalt. Drie generaties hebben kunnen genieten van
maatregelen, genomen door verlichte geesten, welke ons onderwijs
democratischer, toegankelijker en beter moesten maken.
Decennia lang staat in de grondwet dat de Gemeenschap de kosten voor het
verplicht onderwijs volledig voor haar rekening moet nemen, dus dat gegeven is
niet bepaald nieuw. Politici moeten bijgevolg niet lullen, maar er voor zorgen
dat de uitvoerende macht, ook voor wat dat betreft, haar grondwettelijke
verplichtingen uitvoert.
Dat scholen kinderen "niet mogen weigeren" klinkt wel mooi en
rechtvaardig, maar is een volslagen waardeloze slagzin als daar niet de nodige
nuances worden aan gegeven.
En als een orakel komt onze Freya Van den Bossche dan
met één op haar op zijn minst gezegd, omstreden uitspraak dat
taalachterstand kan weggewerkt worden door onderwijs in de moedertaal.
Bij gebrek aan universitaire scholing kan ik dergelijke redenering niet volgen,
dus moet zij mij eens uitleggen hoe dat in mekaar zit.
Ik kan wel begrijpen dat het aanleren in een taal die men goed begrijpt gemakkelijker is dan in een vreemde taal, maar
wat dat kan bijbrengen aan de kennis van het Nederlands ontgaat mij toch. Vroeger stuurden de
Brusselse Vlamingen hun kinderen naar Franstalige scholen om beter de Franse
taal te leren. (en nu doen Franstalige Brusselaars het ongekeerde) Ondanks het gekende
goede resultaat zouden zij, volgens onze moderne onderwijsgoeroes, het
dus allemaal verkeerd voor gehad hebben!
En dan het afschaffen van het huiswerk voor de lagere school. Een
"welzijnsmaatregel" noemt Freya dat.
Moet ik daaruit begrijpen dat huiswerk helemaal geen nut heeft en dat men sinds
Karel V , mij dat, samen met ontelbare anderen enkel heeft aangedaan om te
pesten ???
Eén en ander van die frisse ideeën, welke tegenwoordig door Freya
en haar kompanen welig in het rond worden gestrooid, zijn een vijftiental jaar
geleden in Nederland al ingevoerd. Men moet aan de Nederlandse onderwijsmensen
én ouders én studenten eens gaan vragen wat voor resultaat dat heeft gegeven.
Laten wij dus eerst goed nadenken alvorens wij toelaten dat er met onze
kinderen geëxperimenteerd wordt.
Mensen zonder ervaring in de onderwijsmaterie, die blijkbaar nu al te lijden
hebben van het gebrek aan voldoende geschiedenislessen, kunnen best de
organisatie van lessenpakketten en methodiek overlaten aan diegenen die er al
jaren mee bezig zijn, en hun bruisende politieke ambitie beter aanwenden om het
onderwijs te voorzien van de nodige middelen om zijn opdracht naar
behoren te vervullen.
Maar waarschijnlijk zijn we het over die opdracht ook niet helemaal eens!
Renaat van Poelvoorde