Voedsel als wegwerpproduct                         april 2011

Tegenwoordig is honger in de wereld niet langer een belangrijk nieuwsfeit. Het is bij voorbaat oud nieuws. Hier en daar vindt je sporadisch nog wel een eenzame foto van een uitgemergeld kind in de krant, omgeven door al even hongerige vliegen, maar meer dan eens is dat omdat deze in één of andere fotowedstrijd een prijs wegens fotografisch kunstig heeft gewonnen.

Steeds weerkerend wereldnieuws is anderzijds wel de foto's over elitaire modeshows of -evenementen de jaarlijkse 'London Fashion Week' waar anorexia-meisjes in een flodderige jurkjes dienst doen als wandelende kapstokken. Graatmagere modellen stellen ondergewicht hier gedachteloos voor als de maat van de ideale mens.

Zoals meerder mensen bezondig ik zelf mij ook wel eens aan het weggooien van een ongebruikt maar al te geel uitziend pakje roomboter, of ietwat verpieterd witloof of tomaten. Zoals elk milieubewust persoon dump ik dat dan bij het GFT-afval waardoor ik mij minder schuldig voel omdat het dan waarschijnlijk nog als potgrond wordt gereclisseerd.

Volgens onderzoekers belandt wereldwijd zowat de helft van de landbouwproducten op het stort, en verkwisten wij daardoor een aanzienlijk deel van onze natuurlijke bronnen. Zo wordt een vierde van het gezamenlijke watergebruik op aarde gebruikt voor de productie van levensmiddelen die uiteindelijk vernietigd worden.

Tussen de 15 tot 20 procent van de broeikasgassen ontstaat bij de productie van levensmiddelen dat achteraf als afval wordt weggegooid. Dat is meer dan de gezamenlijke uitstoot van alle voertuigen die fossiele brandstoffen verbruiken. De helft minder voedsel laten verpieteren en als afval dumpen zou dus een even grote besparing aan broeikasgassen opleveren als dat wij wereldwijd de helft van alle auto's in de garage houden.

In onze tweeverdienermaatschappij gaan wij één keer in de week onze inkopen doen. Daarom kopen wij ook meestal te veel en verkeerd. Omdat wij het nooit geleerd hebben (en er de tijd niet voor nemen), koken wij niet met restjes, en gooien daardoor veel ongebruikt voedsel weg.

Ook de handelsketens voorzien een respectabel deel van hun groeten- vlees en zuivelproducten als uiteindelijk verlieslatend afvalproduct. Groenten die er niet meer dagvers uitzien gaan samen met de verpakte zak appelen die één rot exemplaar bevat de rekken uit en de afvalcontainer in. Supermarkten gooien liever een deel van nog steeds veilig eetbaar voedsel op tijd weg dan ervan beticht te worden dat ze voedsel-over-tijd verkopen.

De producenten van voorverpakt bederfbaar voedsel stellen de houdbaarheidsdatum meestal korter dan nodig in. Daar hebben zij uiteraard economisch belang bij omdat hoe meer er door de supermarkt wordt weggegooid, hoe groter hun aankooporders zijn. De omzetten in de voedingsmiddelenbranche stijgen ieder jaar. De kookprogramma's op de televisiestations zijn een ware hype geworden, en er worden bijna even veel kookboeken verkocht als romans.

Ondertussen wordt er steeds meer eten weggegooid, proberen we met z'n allen zo mager mogelijk te blijven, en laten ons genoegzaal leiden door al dan niet juiste berichten dat de honger in de wereld afneemt.

Dat verminderd ons schuldgevoel.

Dat na de drinkwatervoorziening, het voldoende voedsel produceren voor de tien miljard mensen die binnen enkele decennia deze aardkloot bemesten en vervuilen, het voorlopig nog niet op te lossen probleem zal worden, zijn blijkbaar zorgen voor later. Wij huldigen daarvoor tegen beter weten in dankbaar de 'Dehaene-theorie': "pas een oplossing zoeken voor de problemen als ze zich stellen".

Want...hoe minder we weten over hoe de voedingsindustrie functioneert, hoe beter we ons voelen.

Jammer, want juist een bewustere omgang met voeding zou heel wat bijdragen om de huidige honger in de wereld te verminderen, en zou kunnen bijdragen om de bedenkelijke toekomst van het mensdom te redden.